“Voordat de beoogde wethouders in de gemeente Barendrecht in het voorjaar van 2014 aantraden, heeft een uitgebreid integriteitsonderzoek plaatsgevonden naar de achtergronden van de kandidaten. Zowel het presidium als de burgemeester hebben indringende gesprekken gevoerd met de kandidaten. Integriteit staat hoog in het vaandel van het Barendrechtse gemeentebestuur en daarom hanteren wij een integriteitscode. Beoogd wethouder Centrum Dirk Vermaat heeft daarbij op voorhand aangegeven dat zijn broer winkelpanden bezit in het centrum. Daarover zijn toen heldere afspraken gemaakt.”
Dit zijn enkele passages uit een schriftelijke verklaring die B&W van Barendrecht afgelopen donderdag naar buiten bracht. Aanleiding vormde een vergadering van de raadscommissie Ruimte afgelopen dinsdag waar bewoners van de Binnenlandse Baan erop hadden gewezen, dat de broer van wethouder Vermaat bezig is met het verkopen van onroerend goed in het centrum van de stad. “Kan en mag de wethouder die verantwoordelijk is voor de centrumontwikkeling de gesprekken met dit familielid aangaan?” vroeg één van hen.
Daarop verwees burgemeester Jan van Belzen naar het geldende integriteitsprotocol. “Deze casus is bij het aantreden van het college aan de orde geweest en er zijn meteen heldere afspraken over gemaakt”, aldus de burgemeester. “Afgesproken is dat zodra er ook maar enige schijn van belangen – verstrengeling optreedt, wethouder Ingeborg Mohenius, als plaatsvervanger, het dossier overneemt. De heer Vermaat zal dan voor dat onderdeel tijdelijk terugtreden”.
Verder meldt het college van B&W dat het de gemeenteraad van alle bewegingen op dit gebied op de hoogte heeft gehouden onder de gebruikelijke geheimhouding indien dit gezien de onderhandelingen nodig was. Overigens, zo verklaart B&W, maken de panden die worden aangekocht geen deel uit van de panden die in het bezit zijn van de broer van Dirk Vermaat. De gemeenteraad moet uiteindelijk bepalen of men tevreden is met de gegeven informatie en de gevolgde gang van zaken.
Reactie Job de Haan van Integriteit.nl:
Integriteitskwesties zijn de laatste tijd een hot issue. Door alle incidenten en dubieuze zaken rond politici en bestuurders die aan het licht kwamen, lijkt het wel alsof bestuurlijk Nederland er niet in slaagt de noodzakelijke transparantie en navenant gedrag in de praktijk te brengen. Daarom is het des te verheugender dat een college als dat van Barendrecht het goede voorbeeld geeft als het om integer gedrag gaat. Daarbij is men – heel verstandig – proactief te werk gegaan. Men heeft niet gewacht op een incident waarna eerst onderzoek moest plaatsvinden, vervolgens een al dan niet negatief oordeel moest worden gevormd, conclusies geformuleerd en ten slotte een plan opgesteld om zoiets in de toekomst te voorkomen.
Men gunt elke Nederlandse gemeente een dergelijk ethisch hoogstaand gemeentebestuur. Zulk voorbeeldig beleid als dat van Barendrecht is geen overbodige luxe. Dat bleek op het integriteitsseminar van de Wethoudersvereniging afgelopen donderdag in Nieuwspoort (Den Haag). Daar werd een onderzoek gepresenteerd onder 114 wethouders, waaruit blijkt dat bijna driekwart van de wethouders vindt dat in de (sociale) media beeldvorming rond een integriteitskwestie overheerst ten opzichte van de feiten. Verder zijn wethouders verdeeld over de vraag of er een beroepsnorm moet komen omtrent integriteit. En slechts 60 procent vindt dat screening of het maken van een risicoanalyse van nieuwe wethouders verplicht zou moeten worden. Wie deze uitkomsten beziet vanuit het oogpunt van integriteit, moet concluderen dat ook voor lokale bestuurders er nog een hoop werk aan de winkel is.