De steen in de mediavijver was begin april een publicatie van het platform voor onderzoeks-journalistiek Follow the Money. Iedere dag, twee maanden lang, stond de hoofdpersoon in het licht van de schijnwerpers en groeide het schandaal rondom hem. Uiteindelijk bleek de druk te groot en tuimelde hij van zijn voetstuk: we hebben het over VVD-prominent en partij-voorzitter Henry Keizer. Uitgerekend ‘Mister integriteit’, zoals hij werd genoemd, struikelde over de beschuldiging dat hij in 2012 een uitvaartbedrijf voor een appel en een ei had overgenomen, geholpen door een paar partijgenoten die in de leiding van het bedrijf zaten, terwijl hijzelf ook nog eens met meerdere petten op tegenstrijdige belangen had gediend; de zijne voorop.
Hoewel onderzoeken naar zijn handelen nog lopen, zag Keizer geen andere uitweg dan zijn functies in de VVD neer te leggen. De commotie verdween even snel als zij de kop op had gestoken en vervolgens werd het stil. Stil rond de persoon van Keizer maar allerminst rond het begrip ‘integriteit’. Wie in de traditioneel nieuwsluwe zomermaanden hiernaar op zoek gaat, zal verrast worden hoe integriteit inmiddels tot in de haarvaten van onze maatschappij is doorgedrongen.
Een inventarisatie van de periode begin juni tot half juli levert de volgende, rijke “oogst” op. Dat begint heel plaatselijk in Zaanstad waar elf ambtenaren bestraft werden voor niet-integer gedrag en drie van hen zelfs werden ontslagen vanwege strafbare feiten zoals verstrengeling van belangen. Niet alleen lokaal, ook onder CEO’s en bestuursvoorzitters blijkt het aantal ontslagen wereldwijd gestegen wegens niet-integer handelen. Bij de 2500 grootste beursgenoteerde onder-nemingen stijgt tussen 2012 en 2016 het percentage van 3,9% naar 5,3%, een stijging van ruim éénderde, zo blijkt uit een onderzoek van accountantsbedrijf PwC. Daarbij werden definities van onethisch gedrag gehanteerd, zoals fraude, omkoping, handel met voorkennis, milieurampen, seksuele intimidatie e.d..
Vijf oorzaken worden daarbij genoemd waarom CEO’s in toenemende mate worden aangesproken op niet-integer handelen:
- het vertrouwen van het publiek is sinds de financiële crisis in 2008 afgenomen
- de massale kritiek is in tal van landen omgezet in wet- en regelgeving
- ondernemingen streven vaker naar groei in landen met grotere ethische risico’s
- digitale communicatie brengt ethisch wangedrag onweerlegbaar aan het licht
- financiële berichtgeving 24/7 zorgt razendsnel voor verspreiding van negatieve informatie
Op landelijk niveau werd de Nationale Politie opnieuw met een schandaal geconfronteerd, nu met de zogeheten ‘voetbalkaartjesaffaire’, mogelijk gesjoemel met kaartjes voor voetbalwedstrijden en concerten. De unit Veiligheid, Integriteit en Klachten (VIK) is hiernaar een omvangrijk integriteitsonderzoek gestart. Als klap op de vuurpijl hangt een Amsterdamse politiecommissaris vervolging wegens verduistering boven het hoofd. Dat komt dan bovenop de affaires met politiemensen op verschillende plekken in het land die vervolgd worden voor het lekken van informatie naar criminelen. En wat te denken van politiefunctionarissen die worden verdacht van het geven van een voorkeursbehandeling voor autobedrijven in ruil voor persoonlijk gewin, om nog maar te zwijgen van de voorzitter van de COR, de Centrale Ondernemingsraad die overal met geld smeet. Het onderzoek hiernaar is bijna klaar.
Integriteitszaken zijn ook bij sportkoepel NOC*NSF actueel geworden door de ophef rond het bestuurslid Camiel Eurlings die een schikking had getroffen met zijn ex-vriendin wegens mishandeling. Ook het nieuws over seksuele intimidatie en misbruik in de sport vormde de aanleiding voor aanscherping van aandacht voor integer gedrag.
Op bestuurlijk niveau is tevens het nodige gaande blijkens onderzoeken door provincies en gemeenten. De laatste jaren stijgt het aantal onder-zoeken naar integer handelen door provincies: in 2012 waren dat er acht, maar vorig jaar was dit al gestegen naar negentien. In die vijf jaar werden 66 onderzoeken uitgevoerd en werden 42 daadwerkelijke integriteitsschendingen geconstateerd, waarbij Noord-Holland met 21 onderzoeken koploper was. De integriteitskwesties die het vaakst onderzocht werden, draaien om fraude en corruptie (21) en belangenverstrengeling (18). Daarna volgen plichtsverzuim (9) en misbruik van provinciale middelen, zoals een OV-kaart van de werkgever (8). Wat opvalt is dat provincies de laatste jaren dit soort onderzoeken steeds vaker laten uitvoeren door externe bureaus, terwijl men dat daarvoor doorgaans in eigen beheer deed. Dat leverde het volgende plaatje op: aan de twintig externe onderzoeken gaven de provincies de afgelopen vijf jaar ruim 1,1 miljoen euro uit. De andere 46 werden intern uitgevoerd. De keuze tussen intern of (duur) extern hangt af van de aard van de schending. Zaken die politiek gevoelig liggen, worden over het algemeen uitbesteed om verwijten te voorkomen dat men bevooroordeeld is.
De toename van dit soort onderzoeken en de negatieve uitkomsten ervan, wekt de indruk dat bestuurders, ambtenaren en politici steeds minder integer gedrag vertonen. “Dat is slechts schijn”, aldus Leo Huberts, hoogleraar bestuurskunde aan de Vrije Universiteit. Hij wijst daarbij op de ‘integriteitsparadox’: hoe meer aandacht er is voor integriteit, des te meer onderzoeken volgen. Dat is het zichzelf versterkende effect van integriteitsonderzoek. Wat verder meespeelt is dat er overal steeds gedetailleerdere klokkenluiders-regelingen zijn gekomen waarbij ambtenaren misstanden anoniem kunnen melden.
Ten slotte laten ook gemeentebesturen vaker onderzoeken uitvoeren naar integriteitsschendingen, aldus prof. Hans van den Heuvel, em.-hoogleraar aan de VU in Amsterdam. Volgens hem gaat het dan vaak niet om feitelijke schendingen, maar om vermoedens die opgehelderd moeten worden: “Ook het gedrag van raadsleden wordt kritisch gevolgd en dat is een goede zaak”, aldus Van den Heuvel. “Gemeenten reageren tegenwoordig alerter op signalen uit de organisatie en de samenleving. De ene bestuurder pakt dat gemakkelijker op dan de andere, wat niet alleen te maken heeft met een goed ontwikkeld integriteitsgevoel, maar ook met lef, met ‘doorpakken’.
Tot zover een overzicht wat er op het gebied van integer handelen in de afgelopen anderhalve maand allemaal gepubliceerd werd. Integriteit is allang geen modeverschijnsel meer, zij is niet meer weg te denken uit onze samenleving van hoog tot laag, van groot tot klein, van schoonmaker tot CEO. Iedereen krijgt er ooit direct of indirect mee te maken en dat is pure winst.
Job de Haan, redacteur Integriteit.nl