“Er zijn wedstrijden die ik liever win”, aldus de inmiddels bekende laconieke houding van VVD-fractie-leider Klaas Dijkhoff als hij een lastige vraag krijgt. Hij reageerde op Twan Huys in College Tour, die hem de uitslag voorhield van de jaarlijkse Politieke Integriteits Index (PII), onder auspiciën van Vrij Nederland, de VU en de EUR. Daaruit blijkt dat de VVD voor het zesde opeen-volgende jaar de koppositie inneemt als het gaat om schandalen en affaires. De VVD kreeg vorig jaar te maken de meeste en de ernstigste integriteitskwesties, elf in totaal. Het CDA volgt met zes, de PvdA met vier en de overige landelijke partijen zijn opmerkelijk schoon. Om de score compleet te maken: Lokale partijen leverden in 2017 bij elkaar vijftien affaires op. Bij elkaar een totaal van 39 integriteitskwesties, begaan door 35 mannen en vier vrouwen. Dat zijn er minder dan de 47 affaires van 2016 en nog lager dan het gemiddelde van 55 over de voorgaande 34 jaar. Een gunstige daling hoewel het volgens de onderzoekers te vroeg is om van een trend te spreken omdat er daarvoor nog te kort gemeten wordt.
Terug naar de VVD. Gemeten over de volle lengte van de beschikbare database (vanaf 1980) neemt de VVD met 118 van de 505 politici in opspraak eveneens de eerste plaats in. De partij heeft ook verreweg de meeste leden met een strafblad. VVD’ers kwamen decennialang nauwelijks in aanraking met het strafrecht, maar sinds het aantreden van Mark Rutte in 2007 liepen maar liefst 25 VVD’ers tegen een strafblad aan – van wie drie in 2017. Ter vergelijking: tussen 2007 en 2017 waren dat er zeven bij de PvdA, drie bij D66 en CDA en twee bij de PVV.
De meest gegeven reactie vanuit de VVD op de hoge score aan schandalen de afgelopen jaren is dat zij door haar omvang extra kwetsbaar is. Maar onderzoeker en VU-hoogleraar bestuurskunde Leo Huberts verklaart dat die redenering is achterhaald: “Het argument van oververtegenwoordiging in het bestuur door de VVD als grootste partij geldt niet meer, want die achter-stand hebben de andere partijen inmiddels ingelopen”. Dat maakt dus vraag des te urgenter: waarom is de VVD zo affairegevoelig en dat al voor een reeks van jaren? Die vraag werd ook aan Dijkhoff gesteld in College Tour. “Ik zie tussen de verschillende kwesties meer verschillen dan overeenkomsten. Ik zie geen patroon dat het komt door de partij”, aldus Dijkhoff. Of het intern met elkaar is afgestemd is publiekelijk onbekend, maar ook de nieuwe voorzitter van de VVD gaf in soortgelijke bewoordingen haar commentaar. In EenVandaag was haar analyse van de meest recente PII: “Ik weet niet of er structureel iets mis is. Ieder incident staat op zich, ik zie geen rode draad”. En premier Rutte wekt eveneens niet de indruk zich zorgen te maken over de hardnekkige koppositie van zijn partij bij schan-dalen. Zijn gedrag vertoont wel een opmerkelijke constante, zonder dat er een oorzakelijk verband hoeft te worden gelegd. Zijn primaire reactie op een partijgenoot die in de problemen komt is namelijk steeds: niets aan de hand, komt goed, storm in een glas water enz. Voorbeelden: Staats-secretaris Frans Weekers krijgt felle kritiek op zijn functioneren, Rutte: “Hem vertrouw ik totaal”, kort daarna: Weekers legt ambt neer. Kamerlid Marc Verheijen en dubieuze declaraties, Rutte: “Verhaal is erg opgeblazen”. Vlak daarna: Verheijen stapt op. Ivo Opstelten onder vuur, Rutte: “Hij heeft echt een goed verhaal”. Opstelten treedt af. Fred Teeven en de bonnetjes-affaire, Rutte: “Mensen als Teeven heeft dit land echt verschrikkelijk nodig”. Teeven vertrekt toch. Ard van der Steur over de Teevendeal, Rutte: “Functioneren Van der Steur is niet aan de orde”. Van der Steur moet opstappen. En: Henry ‘Mister Integriteit’ Keizer, VVD-voorzitter beschuldigd van zelf-verrijking, Rutte: “Keizer is zeker integer”. Exit Keizer. Halbe Zijlstra met zijn leugen over Poetin en de datsja, Rutte: “Geen doodzonde en de inhoud staat niet ter discussie”. Zijlstra ziet zich gedwongen op te stappen. Het lijkt erop dat bij premier Rutte de loyaliteit naar partijgenoten boven alles verheven is; ook boven het afwachten van het resultaat van zorgvuldig onderzoek.
Alles bij elkaar wordt de indruk steeds sterker dat integriteit voor de VVD een blinde vlek is. En daar treedt een paradox op. Immers, in de praktijk heeft de partij integriteit intern als speerpunt gekozen. Prof. Leo Huberts: “Men heeft het op de agenda gezet, trainingen aangeboden, verklaringen omtrent gedrag geëist, regels gesteld en aangescherpt, er is een speciale commissie ingesteld waar meldingen kunnen worden gedaan enz. Maar een visie op de integriteit van de politiek en het bestuur die ook terugkomt in een verkiezingsprogramma, zie ik niet terug”. Tekenend is het regeerakkoord van het huidige kabinet. Zeven maanden heeft men daarover vergaderd, daaruit rolde een regeer-akkoord van zeventig pagina’s maar op slechts één plek komt het woord integriteit voor en dan ook nog in het kader van koninkrijksrelaties.
De nieuwe VVD-partijvoorzitter, Christianne van der Wal, wil vaker discussiëren over integriteitskwesties om het bewustzijn binnen de partij te vergroten. Ze wil ook dat VVD’ers kritischer op elkaar worden. Daarmee, zo concludeert Vrij Nederland-redacteur Bart de Koning, heeft ze de kern van het probleem te pakken: de rode draad in alle grote schandalen die de VVD de afgelopen jaren hebben getroffen, is het onderling en informeel zaken willen regelen. Maar voor een gezonde, liberale en integere democratie is tegenspraak essentieel.
Job de Haan, nieuwsredacteur Integriteit.nl