• Meer weten? Bel 088 - 57 90 057

Berichten door:

Job de Haan

VVD-kamerlid Verheijen overtrad als gedeputeerde integriteitsregels

VVD-kamerlid Verheijen overtrad als gedeputeerde integriteitsregels 150 150 integriteit.nl

Het Limburgse Tweede Kamerlid Mark Verheijen heeft als gedeputeerde van de provincie in 2011 en 2012 enkele duizenden euro’s ten onrechte gedeclareerd. Dat blijkt uit onderzoek van NRC-Handelsblad. Privé-uitgaven, kosten die hij maakte voor de VVD-campagne en als lid van het landelijk bestuur, bracht hij in rekening bij de provincie in strijd met geldende gedragscodes en declaratieregels.

Zo stelt de Gedragscode Bestuurlijke Integriteit van de provincie Limburg: “Uitgaven worden uitsluitend vergoed als vaststaat, dat zij in het belang zijn van de provincie en voortvloeien uit de aard van de functie als bestuurder.” Maar Verheijen gebruikte de provinciale dienstauto met chauffeur, declareerde de kilometers van zijn privéauto of gebruikte het eersteklas-treinabonnement van de provincie geregeld voor zijn VVD-activiteiten. Ook hotelovernachtingen en verblijfskosten als aankomend Kamerlid declareerde hij ten onrechte bij de provincie. Verheijen liet ook de provincie meebetalen aan zijn campagne voor de Kamerverkiezingen en zijn bijbaan als lid van de raad van toezicht van Prodemos – Huis voor democratie en rechtstaat. Daarmee overtrad hij meermalen de Gedragscode Bestuurlijke Integriteit waar staat: “De bestuurder declareert geen kosten die reeds op andere wijze worden vergoed.”

Dan is er ook nog de Modelgedragscode Politiek Ambtsdragers die onder meer is opgesteld door het ministerie van Binnenlandse Zaken. Daarin de zinsnede: “Van politiek ambtsdragers mag een zekere soberheid worden verwacht. Hoe het ook wordt vergoed, het gaat immers steeds om besteding van publieke middelen. De politiek ambtsdrager heeft ook een voorbeeldfunctie.” Dat valt moeilijk te rijmen met een gebeurtenis uit 2012. Op 5 juni gaat een gezelschap van vijftien personen dineren in een gerenommeerd restaurant in Amsterdam, onder wie Mark Verheijen en de inmiddels in opspraak geraakte (ex-)VVD-wethouder Jos van Rey en projectontwikkelaar Piet van Pol. Gezamenlijk geven zij 2.631 euro uit, hetgeen neerkomt op 175 euro per persoon. Een kwart van het totaalbedrag declareert Verheijen later bij de provincie, zonder dat hij duidelijk kon maken  dat het diner een Limburgs belang diende.

Verheijen erkent een aantal keer onjuist gedeclareerd te hebben en zegt het geld terug te zullen betalen. “Ik ben een politicus, geen heilige. Ik ben niet feilloos”, aldus zijn reactie op de aantijgingen. “Het raakt mij, maar het breekt mij niet.”

Reactie Job de Haan van Integriteit.nl
De kwestie Verheijen roept nogal wat vragen op. De VVD begon zo goed toen het hoofdbestuur in 2013 een Permanente Commissie Integriteit instelde, die meldingen over mogelijke integriteitsschendingen moest behandelen. Daarbij werden strengere regels opgelegd om het integriteitsbesef van haar politieke vertegenwoordigers ‘nog beter’ te waarborgen. Het lag dus voor de hand de ‘kwestie Verheijen’ voor te leggen aan deze commissie die vervolgens in alle vrijheid een oordeel had kunnen vellen. Maar het nieuws was nog niet bekend of fractievoorzitter Halbe Zijlstra en – heel ongewoon – premier Rutte namen Verheijen direct in bescherming door te stellen dat de zaak was ‘opgeblazen’. Daarmee wekten zij de indruk dat integriteit bij de VVD hoog in het vaandel staat, behalve als het politiek gezien slecht uitkomt. Immers, de campagne voor de Provinciale verkiezingen van volgende maand draait volop en Rutte heeft zijn kabinetsbeleid tot inzet van die verkiezingen gemaakt.

Dan komt een rel rond een prominent Limburgs kamerlid zeer ongelegen, waardoor de interventie vanuit de VVD-top lijkt op ‘damage control’. Ook het commentaar van het kamerlid zelf is opvallend. Hij verdedigt zich door te stellen dat hij ‘politicus is, geen heilige’ en ook ‘niet feilloos’. Maar integriteit dwingt niemand om perfect en foutloos te handelen, geen mens zou daar aan kunnen voldoen. Maar Verheijen liet een steeds terugkerend patroon zien, waarbij zijn integriteit wel degelijk in het geding was: hij profiteerde ruimschoots en in vele gevallen ten onrechte van de secundaire arbeidsvoorwaarden van een gedeputeerde en hij overtrad daarbij meermalen de regels. Zelf noemde hij zijn slordigheden “gewoon stom”, maar even duidelijk is dat van die slordigheden er niet één in zijn nadeel uitviel. Ook op het punt van de vereiste soberheid schoot Verheijen keer op keer tekort, waarvan het gememoreerde diner een treffend voorbeeld is. Daar komt nog bij dat onder de twee kabinetten van VVD-premier Rutte er voor de burger steeds strenger geworden maatregelen zijn geïntroduceerd, die bij overtreding hard worden bestraft. Wie een boete te laat betaalt, krijgt prompt een scherpe verhoging voor de kiezen en wie als uitkeringsgerechtigde ‘niet feilloos’ met de regels omgaat, staat zware sancties te wachten. Als een politieke partij dat voor zijn rekening neemt, zullen haar vertegenwoordigers zelf het goede voorbeeld moeten geven.

PS: Inmiddels heeft Mark Verheijen zich door protesten vanuit de partij genoodzaakt gezien zijn declaraties als gedeputeerde alsnog te laten onderzoeken door de Permanente Commissie Integriteit van de VVD.

Bovenop dat onderzoek is er nu ook tegen Verheijen aangifte gedaan wegens corruptie tijdens zijn wethouderschap in Venlo. Daarop heeft hij zijn werkzaamheden als Kamerlid opgeschort in afwachting van wat de Integriteitscommissie van de VVD concludeert over zijn declaraties en wat het Openbaar Ministerie besluit over de aangifte.

De eed van Ede

De eed van Ede 150 150 integriteit.nl

 “…Ik zet me er voor in om geen schaduw te werpen op het leven van een kind, maar integer te handelen.” Deze passage komt uit de gelofte die toekomstige basisschoolleraren bij hun afstuderen afleggen als het aan de Christelijke Hogeschool Ede ligt. Daarmee treedt men als eerste in de voetsporen van ambtenaren met hun ambtseed en artsen met hun eed van Hippocrates.

‘Ik beloof als leraar basisonderwijs mijn ervaringen en talenten zegenrijk in te zetten voor het ontsluiten van de talenten van leerlingen.’ Opleidingsdirecteur Emile van Velsen zal komende zomer deze zin voor het eerst uitspreken in de Oude Kerk in Ede, bij de uitreiking van de diploma’s. De 150 afgestudeerden van de Pabo zullen de woorden in koor herhalen en vervolgens de rest van de eed (pdf) hardop voorlezen. De Hogeschool beschouwt de gelofte als ‘een waardige afsluiting van de opleiding’, maar zij is niet verplicht en heeft ook geen juridische status. Van Velsen hoopt dat ook andere lerarenopleidingen dit voorbeeld gaan volgen.

Hoewel de Hogeschool de primeur heeft, is het idee voor een lerareneed niet nieuw. In 2007 stelde de Onderwijsraad al een soortgelijke gelofte (pdf) op ‘als sluitstuk van professionalisering en het signaal dat de leraar onderdeel is van een instituut waar waarden een centrale plaats innemen’. In het werkveld wordt positief gereageerd op het initiatief uit Ede. De Onderwijscorporatie, waarin de landelijke lerarenorganisaties zijn verenigd, vinden dat een dergelijke eed grote symbolische waarde heeft. Voorzitter Kentson: “Met zo’n eed spreek je hardop uit dat je de beroepsstandaard belangrijk vindt die we net de beroepsgroep hebben ontwikkeld. Hij is tevreden over het feit dat in de eed van Ede zowel aandacht is voor ethiek als voor vakmanschap.

Reactie Job de Haan van Integriteit.nl
Hoe sympathiek het initiatief ook is, het is nog maar helemaal de vraag of het navolging zal hebben. Na een soortgelijk voorstel van de Onderwijsraad in 2007 is er zeven jaar niets mee gedaan. Verder is het afleggen van de eed geheel vrijwillig en worden er geen consequenties aan verbonden. Dat geeft de gelofte wel een erg vrijblijvend karakter. Bovendien heeft de Hogeschool Ede de tekst een christelijke draai aan gegeven door bijvoorbeeld het woord ‘zegenrijk’ erin op te nemen. Daarmee maak je de eed slechts bruikbaar voor een deel van de lerarenopleidingen. Aan de andere kant is het misschien een prikkel voor andere opleidingen en onderwijsorganisaties actie in dezelfde richting te ondernemen.

Onno Hoes kondigt vertrek aan

Onno Hoes kondigt vertrek aan 150 150 integriteit.nl

De burgemeester van Maastricht heeft gister zijn vertrek aangekondigd. Hoes laat in een verklaring weten dat de stad enorm worstelt met de omstreden publicatie waarover Integriteit.nl eerdaags al berichtte. “Die worsteling kan ik de stad, zijn bestuur en mijzelf niet langer aandoen.”

Het besluit tot vertrek kwam vanuit Hoes zelf. Zijn partij, de VVD, gaf aan bedroefd te zijn over het besluit van Hoes, maar snapt het en staat erachter. Net als de burgemeester zelf, is ook de VVD kritisch over het item dat PowNews vorige week uitzond. “Het diende geen enkel doel en was alleen gericht op persoonlijke beschadiging.”

In opspraak
Vorige week kwam de positie van de burgemeester van Maastricht opnieuw ter discussie te staan na een uitzending van PowNews, waarin een 20-jarige date van de burgervader foto’s van vertrouwelijke afspraken uit de ambtelijke agenda van Hoes liet zien. Een jaar eerder was het ook al raak, nadat een buitenechtelijke affaire was uitgelekt. Hoes heeft aangegeven juridische stappen te ondernemen tegen degenen die verantwoordelijk zijn voor het moedwillig en schaamteloos publiek maken van privé-zaken.

Opvolger
De burgemeester van Maastricht sloot zijn verklaring af met de melding dat hij zich in zal blijven zetten voor de stad totdat er een opvolger voor hem is gevonden.

Reactie Integriteit.nl
De burgemeester van Maastricht, Onno Hoes, heeft het ambt in opspraak gebracht en de reputatie van de stad schade berokkend. Je bent vierentwintig uur per dag burgemeester, dus dan word je geacht je altijd waardig te gedragen en te voldoen aan de eisen van onbesproken gedrag.

Hoes kan verweten worden dat hij (te) naïef is geweest door zijn vertrouwelijke, ambtelijke agenda met iemand te delen. Iets dergelijks brengt risico’s met zich mee. Hij had zich beter bewust moeten zijn van die risico’s, te meer hij eerder ook al in opspraak is geraakt.

De manier waarop de burgervader van Maastricht wederom in opspraak is gekomen, kan als ‘immoreel’ bestempeld worden. De uitzending van PowNews diende immers geen enkel doel en was, zoals zijn VVD-fractie het verwoordde, “gericht op persoonlijke beschadiging”. Iemand moedwillig en schaamteloos publiek te schande maken is, ook daar het een burgemeester betreft, ongeoorloofd.

Al met al kent deze integriteitskwestie enkel verliezers. Alle betrokken partijen – journalistiek, stad en burgemeester – zijn beschadigd.

Burgemeester Hoes van Maastricht opnieuw in opspraak

Burgemeester Hoes van Maastricht opnieuw in opspraak 150 150 integriteit.nl

De burgemeester van Maastricht Onno Hoes (VVD) raakte onlangs opnieuw in opspraak nadat een 20-jarige date uit Almere foto’s van vertrouwelijke afspraken uit de ambtelijke agenda van Hoes had gepubliceerd. De gemeenteraad heeft Hoes in een spoeddebat om opheldering gevraagd. Het standpunt van de gemeenteraadsleden is nog onduidelijk. Er is ook nog geen opheldering gegeven of de burgemeester op het matje geroepen wordt.

PowNews

PowNews filmde de dates die de bewuste man, Robbie Hasselt, had met de burgemeester van Maastricht. Nadat Onno Hoes contact met hem had gezocht via social media, nam Hasselt contact op met PowNews. Met een camera maakte de 20-jarige uit Almere vervolgens undercover opnames van de dates.

Al eerder in opspraak

Eind 2013 kwam de burgemeester van Maastricht ook al in opspraak, nadat een buitenechtelijke affaire was uitgelekt. De ex-man van Boulevard-presentator Albert Verlinde was al zoenend met een 25-jarige man op een foto te zien. De gemeenteraad oordeelde toen dat zijn optreden ‘een burgemeester onwaardig’ was. Hoes gaf aan dat het voorval een incident was en beloofde beterschap. Hij mocht aanblijven als burgemeester.

 

Reactie Integriteit.nl

De tijd dat burgemeesters, ministers en wethouders een onderscheid konden maken tussen werk- en privé-leven is voorbij. Er is geen privé-sfeer meer, ondanks dat iedereen daar eigenlijk recht op heeft. Burgemeester ben je 24 uur per dag. Je leeft in een glazen huis en alles wordt onder een vergrootglas gelegd. Dat geldt zeker voor Onno Hoes na alle publiciteit van vorig jaar. Aan de andere kant kun je je afvragen waarom deze Robbie Hasselt juist nu met deze informatie naar buiten treedt en of er geen opzet in het spel is om Onno Hoes bewust in een kwaad daglicht te zetten. We kunnen in ieder geval stellen dat de burgemeester van Maastricht in deze situatie te naïef is geweest. Maar is hij daardoor niet of minder geschikt als burgemeester?

Wethouder Eitjes (VVD) Maassluis stapt op

Wethouder Eitjes (VVD) Maassluis stapt op 150 150 integriteit.nl

De inmiddels ex-wethouder Huub Eitjes raakte in opspraak vanwege zijn rol in de affaire rond Theater Koningshof. Hij zou zich schuldig hebben gemaakt aan belangenverstrengeling. Onlangs kondigde hij tijdens een persconferentie zijn vertrek aan.

In augustus vorig jaar werd de broer van de wethouder interim-directeur bij Theater Koningshof. Het theater krijgt een jaarlijkse subsidie van de gemeente van 70.000 euro. Huub Eitjes was daar als wethouder politiek verantwoordelijk voor. Vorige week werd bekend dat er 40.000 euro is gestort op de bedrijfsrekening van wethouder Eitjes voor zijn broer Pim (die bij dat bedrijf werkt). Hij bleek zich tegen de afspraken in te hebben laten uitbetalen voor zijn managementwerkzaamheden bij Theater Koningshof. Wethouder Huub Eitjes verzuimde het college hierover te informeren.

De wethouder zei tijdens de persconferentie zich van geen kwaad bewust te zijn: ‘Mijn rol was altijd zuiver en integer’. De VVD heeft aangegeven binnen een maand een opvolger voor Eitjes naar voren te schuiven.

Reactie Robbert-Jan Eekhout van Integriteit.nl
Er zijn integriteitscasussen waar je het hoofd over kunt breken en waar je, na het uitvoeren van een grondig feiten- en waardenonderzoek, met uiterste terughoudendheid en voorzichtigheid tot een conclusie komt. Dit is (overduidelijk) niet zo’n casus. Alles wijst op belangenverstrengeling; al dan niet (voor de kritische lezer onder ons) wekt het de schijn van belangenverstrengeling. Het is dan ook zorgwekkend dat de wethouder zich helemaal van geen schuld bewust lijkt te zijn, en zijn optreden ‘’zuiver en integer’’ noemt. Dit kan enerzijds zijn omdat hij te trots en koppig is om zijn fout toe te geven, anderzijds omdat hij ervan overtuigd is naar eer en geweten te hebben gehandeld. In het eerste geval is er weinig aan te doen de man heeft een onderontwikkeld verantwoordelijkheidsbesef en dit valt onder het terrein van de psychologie. Echter wijst de praktijk uit dat een groot deel van de integriteitsschendingen wordt veroorzaakt door een te beperkte kennis van de afspraken (consensus over integriteit) door de handelende actor. In het kader van integriteitsmanagement is het laatste interessant(er) omdat dit (makkelijker) vermeden kan worden.

Ongeacht of hij zich wel of niet bewust was van de ernst van de situatie, moeten we niet te licht denken over (de schijn van) belangenverstrengeling. Belangenverstrengeling van een bestuurder berokkent schade aan het broodnodige vertrouwen dat de burger in de overheid moet hebben om haar gezag en beleid te legitimeren. Wanneer er afbreuk wordt gedaan aan dit vertrouwen dan zaagt men aan de poten van de rechtstaat.

Wat we van deze casus kunnen leren is hoe belangrijk het in de alledaagse praktijk is om elkaar scherp te houden. Mensen begaan de meeste fouten zonder daar erg in te hebben. Spreek collega’s aan wanneer ze een fout begaan of dreigen te begaan. Informeer ze wanneer je het gevoel hebt dat ze onvoldoende de regels/afspraken kennen. Het is mens eigen om zowel de eigen kennis als die van de mensen om ons heen zowel te overschatten als te onderschatten. Zo hoor ik in de trainingen regelmatig een deelnemer roepen: “dat weet toch iedereen!” terwijl het voor het grootste deel van de groep helemaal niet zo vanzelfsprekend is.

Wat een ander niet weet

Wat een ander weet

Wat ik weet

Blinde vlek

Wat iedereen weet

Wat ik niet weet

Wat niemand weet

Blinde vlek

Alleen wanneer we elkaars blinde vlek dekken zijn we in staat om de “integriteitslat” tegen het plafond te leggen.

Staatssecretaris Van Rijn integer?

Staatssecretaris Van Rijn integer? 150 150 integriteit.nl

Van Rijn senior brengt zijn zoon, staatssecretaris van het ministerie van Volksgezondheid, in een lastig parket. De man voelde zich genoodzaakt het Algemeen Dagblad (AD) in te schakelen, omdat hij de falende zorg voor zijn demente echtgenote door zorgaanbieder WZH niet langer door de vingers kon zien.

Een mediacircus volgde en de staatssecretaris werd gedwongen zich te verantwoorden in het programma Pauw. De vader van de staatssecretaris was ook uitgenodigd, maar meldde zich op het laatste moment af. De rel omtrent Van Rijn was compleet toen een paar dagen later bleek dat de woordvoerder van de staatssecretaris had geprobeerd publicatie van het artikel tegen te houden. Uiteindelijk is het tot een compromis gekomen en heeft de redactie van de krant besloten de relatie tussen vader en zoon Van Rijn buiten beschouwing te laten.

Het voorval tussen het AD en de woordvoerder is zonder meer een interessant integriteitsvraagstuk. Het is echter een op zichzelf staande kwestie en vraagt daarom om een afzonderlijke reactie.

Reactie Robbert-Jan Eekhout van Integriteit.nl
Het mediacircus omtrent de falende zorg voor de moeder van de staatssecretaris lijkt zich te ontpoppen tot een waar Grieks drama voor de familie Van Rijn. De oppositie ruikt bloed en stelt de integriteit van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) ter discussie. Hoe kan iemand een integer staatssecretaris zijn als de zorg voor zijn eigen moeder zodanig ondermaats is dat er onmenselijke situaties zich voordoen? Als bureau gespecialiseerd in integriteit, trachten wij dit vraagstuk te beantwoorden.

Werk en privé
Wat in deze situatie pijnlijk duidelijk wordt, is hoe werk en privé soms ongunstig kruisen. In een moderne samenleving nemen de meeste van ons een grote verscheidenheid in rollen aan. Zo ook Van Rijn. Hij vervult de rol van zoon, staatssecretaris, burger enzovoorts. Het komt geregeld voor dat de verschillende rollen die een persoon inneemt op gespannen voet komen te staan met elkaar. Om iets te zeggen over de integriteit van Van Rijn is de eerste stap te onderzoeken wat het betekent om integer te zijn in de verschillende sociale rollen. Met het oog op relevantie en lengte van het artikel, maak ik slechts onderscheid tussen twee rollen: de professionele en de privé-rol.

Een breed gedragen definitie van bestuurlijke integriteit in de publieke sector luidt als volgt: Een integer bestuurder handelt conform de normen en waarden van de rechtstaat. Van Rijn kiest er bewust voor een staatssecretaris te zijn voor het hele volk en niet alleen voor zijn moeder. Hij kiest er dan ook voor de waarde van gelijkheid in alle gevallen borgen en maakt dus geen uitzondering voor zijn eigen moeder. Met het oog op bovenstaande definitie is dit dus uitermate integer gedrag van de staatssecretaris, waarin hij de fundamentele rechtsstatelijke waarde gelijkheid zelfs in persoonlijk gevoelige situaties waarborgt.

Een belangrijk gegeven ten opzichte van de rechtsstatelijke definitie van integriteit, is dat de integriteit van de staatssecretaris los moet worden gezien van de mening of je het eens bent met het gevoerde beleid. Hij houdt zich aan de meest fundamentele waarden van de rechtstaat die van belang zijn voor de beoordeling van de integriteit.en zou daar dan ook niet inhoudelijk op mogen worden afgerekend. In het recht zullen ze zeggen: er wordt (formeel) op de vorm getoetst en niet de (materiële) inhoud. In de rechtsstatelijke definitie van integriteit kan een persoon integer zijn (of deugen), zonder dat zijn gevoerde beleid deugd.

Daarentegen wordt integriteit in sommige definities ook breder benaderd en wordt vakbekwaamheid meegenomen in het beoordelen van de integriteit van een persoon. Als we bij het beoordelen van de integriteit van de staatssecretaris vakbekwaamheid meenemen, kan deze casus een aanleiding zijn om de integriteit van de staatssecretaris VWS ter discussie te stellen. Hij slaagt er niet in het verzorgingshuis WZH van een ‘acceptabel’ niveau van zorg te voorzien. Daarbij moet de kanttekening worden geplaatst dat de casus op zichzelf niet afdoende is te concluderen dat Van Rijn onbekwaam is. Dat zou te kort door de bocht zijn. Hij staat immers niet enkel aan het hoofd van deze zorginstelling, maar ook van vele andere.

Het voorgaande in acht genomen, is het enkel toe te juichen dat er gisteravond (18-11-2014) naar aanleiding van de casus een Kamerdebat is gehouden waarin het gevoerde beleid en daarmee het functioneren (dus ook bij andere zorginstellingen) van de staatssecretaris (VWS) ter discussie is gesteld.

Naast zijn bestuurlijke rol kunnen we ons afvragen in hoeverre Van Rijn in zijn privé-rol integer is. Of iemand een integer(e) zoon, vader of familielid is, is sterk afhankelijk van de heersende normen en waarden in de maatschappij. Deze zijn vaak verre van concreet. Zo bestaan er geen rigide regels over wat een goede invulling is van de privé-rol. En dit is maar goed ook. We zouden in een enge deterministische maatschappij leven wanneer dit wel het geval is. Daarentegen is het ook naïef te zeggen dat er geen maatschappelijke richtlijnen bestaan. Zo zijn er in onze cultuur wel degelijk opvattingen over wat (on)gewenste omgangsvormen zijn en zo ook met betrekking tot onze ouders. In Nederland kennen wij – in vergelijking met de rest van de wereld – een sterke vorm van individualisme. Het wordt dan ook als ‘normaal’ beschouwd om na het voltooien van de opvoeding enige afstand te nemen van onze ouders. Met als resultaat dat de meeste (volwassen) Nederlanders hun ouders niet meer op dagelijkse basis zien en we door de jaren heen op steeds grotere afstand van hen zijn gaan wonen. Het is naar mijn mening dan ook te stellen dat Van Rijn (voor Nederlandse begrippen) intensief contact onderhoudt met zijn moeder. Zo gaat hij ondanks zijn drukke baan minimaal een keer in de twee weken langs bij haar.

Wanneer ik aan de hand van de verschillende integriteitdefinities en sociale rollen een balans opmaak, scoort Van Rijn goed ten opzichte van integriteit. Hij is principieel als het gaat om het naleven van de rechtsstatelijke waarden en in zijn privé-rol onderhoudt hij intensief contact met zijn moeder. Alleen omtrent vakbekwaamheid moet de komende tijd nog blijken hoe goed Van Rijn functioneert.

Eindelijk meer duidelijkheid in zaak Van Rey

Eindelijk meer duidelijkheid in zaak Van Rey 150 150 integriteit.nl

Na jaren van onderzoek is er nu eindelijk meer duidelijkheid in de corruptiezaak rond de voormalig Roermondse VVD-wethouder Jos van Rey. Het onderzoek tegen Van Rey loopt al sinds oktober 2012. De oud-wethouder wordt er onder meer van verdacht 175.000 euro te hebben witgewassen. Ook wordt hem (passieve) ambtelijke omkoping en verkiezingsfraude ten laste gelegd. In december volgt de definitieve aanklacht. Eind januari 2015 moet Van Rey voor de rechtbank in Rotterdam verschijnen.

Regiezitting
De Rijksrecherche, de FIOD en de rechter-commissaris hebben in totaal meer dan 200 getuigen gehoord. De zitting in Rotterdam is een zogeheten regiezitting. In een dergelijke zitting spreekt de rechter zich uit over de voortgang van het onderzoek. Wanneer de zaak inhoudelijk wordt behandeld is vooralsnog onbekend.

Politieke onrust in Kerkrade
Van Rey is een goede bekende van de eveneens gedagvaarde Piet van Pol die ook wordt verdacht van omkoping. Het bedrijf van Piet van Pol is nauw betrokken bij een miljoenenproject in Kerkrade om het centrum opnieuw in te richten. Hij en Van Rey zouden vastgoeddeals hebben gesloten toen Van Rey nog wethouder was in Roermond. Vrijwel de gehele oppositie in Kerkrade wil dat het projectontwikkelingsbedrijf van Piet van Pol niet langer betrokken wordt bij het herontwikkelingsplan van het centrum van Kerkrade. Dat meldde de Limburgse omroep L1 onlangs.

Liberale Volkspartij
Vanwege de ontstane commotie stapte Van Rey in het najaar van 2013 uit de VVD-fractie en richtte, samen met een groepje volgelingen, de Liberale Volkspartij Roermond op. De partij van de van onder andere omkoping verdachte Jos van Rey behaalde bij de gemeenteraadsverkiezingen in maart 2014 meteen een grote verkiezingsoverwinning.

SP wil helderheid over zaak Van Pol

SP wil helderheid over zaak Van Pol 150 150 integriteit.nl

De SP-fractie in de Provinciale Staten van Limburg heeft haar zorgen geuit over de mogelijke betrokkenheid van bestuurders en ambtenaren bij projecten van Van Pol Beheer BV. De projectontwikkelaar Piet van Pol is verdachte in het corruptieonderzoek in de zaak van Van Rey, voormalig wethouder in Roermond.

 

Betrokkenheid bestuurders en ambtenaren
De SP-fractie maakt zich zorgen over de mogelijke betrokkenheid van bestuurders en ambtenaren bij projecten van Van Pol Beheer BV. Zij vraagt zich af of zij in deze zaak zijn gehoord en of hun betrokkenheid kan worden uitgesloten.

Negatieve beeldvorming
De Statenfractie van de SP geeft bovendien aan bang te zijn voor de negatieve beeldvorming die door deze zaak ontstaat. Een overheid die zaken doet met een van corruptie verdachte projectontwikkelaar draagt niet bepaald bij aan een positief imago van de overheid.

Risico’s
Ook uit de SP-fractie haar zorgen over de financiële en juridische risico’s die deze zaak met zich meebrengt met betrekking tot investeringen in Van Pol Beheer BV. Zij wil daarom dat de toegezegde lening van 23,5 miljoen euro voor het centrumplan Kerkrade – uitgevoerd door Van Pol Beheer BV – wordt bevroren, in afwachting van de uitkomst van de rechtszaak.

Andere projecten
De projectontwikkelaar is naast de herstructurering van het centrum van Kerkrade tevens betrokken bij de ontwikkeling van Jazz City Roermond en Roerdelta Roermond. Of de dagvaarding van Van Pol gevolgen heeft voor deze projecten is vooralsnog onbekend.

“Een beetje integer kan best”

“Een beetje integer kan best” 150 150 integriteit.nl

“Een beetje integer kan best”, aldus minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken. Minister Plasterk vindt het te zwart-wit om aan te nemen dat mensen óf wel óf niet integer zijn en vindt het beter om toe te geven dat er een grijs gebied bestaat. Hij ziet integriteit als iets dat kan worden bevorderd. Op het eerste oog lijkt de uitspraak onverenigbaar met die van Ien Dales, voormalig minister van Binnenlandse Zaken (1989-1994). Zij zette het onderwerp integriteit eind vorige eeuw nadrukkelijk op de agenda door te stellen: “Een overheid kan niet en een rechtstaat zijn én niet integer. Een niet-integere overheid kan de rechtsorde niet handhaven. De overheid is of wel of niet integer. Een beetje integer bestaat niet”. Maar schijn bedriegt! Conform onze eigen integriteitstrainer kan de uitspraak van Plasterk (22 jaar na dato) worden gezien als een, dan wel onbedoelde maar desalniettemin, correcte interpretatie van Ien Dales.

Interpretatie Robbert-Jan Eekhout van Integriteit.nl
De uitspraak van Ien Dales is sinds ze hem introduceerde uitlopend geïnterpreteerd. Eén wijze waarop men de uitspraak kan interpreteren is: ‘mensen zijn integer of ze zijn het niet’. Er bestaat géén grijs gebied daartussen. Deze zienswijze blijkt echter in de praktijk veel te simplistisch en onhaalbaar, voornamelijk omdat deze opvatting veel te hoge eisen stelt aan mensen die van nature feilbare wezens zijn en per definitie dus niet volledig integer.

Ofschoon het veel makkelijker zou zijn geweest wanneer mensen óf wel óf niet integer zijn. Men had dan de ‘rotte-appel-methode’ kunnen toepassen: toetsen welke mensen niet integer zijn en deze simpelweg royeren uit de organisatie. In de praktijk blijkt echter dat we allemaal in staat zijn tot zowel integer als niet integer gedrag; de één laat het echter consequenter zien dan de ander. Zelfs de grootste moraalridder laat af en toe steken vallen. Zo kan iedereen (blijven) leren om meer integer te worden.

Het lijkt mij dan ook waarschijnlijker dat een mensen-mens als Ien Dales iets anders voor ogen had met deze uitspraak. Als we de uitspraak van Ien Dales onder de loep nemen, valt een taalnuance op. Zo spreekt zij niet over ‘individuen’ maar over ‘de overheid’. Wanneer we het over de overheid hebben, dan hebben we het vaak over het instituut. Met betrekking tot de uitspraak van Ien Dales zou dit dan betekenen dat het overheidsinstituut volledig integer moet zijn. Het instituut moet dan ook de lat ten aanzien van integriteit tegen het plafond leggen en zodoende ernaar streven (bijvoorbeeld in haar missie, visie en beleid) om haar werknemers (volledig) integer te maken. Ook al zou dit streven nooit behaald worden, is het als doelstelling een nuttig uitgangspunt. Want het gevaar ligt op de loer wanneer de overheid marchandeert ten aanzien van de integriteitsdoelstellingen, integriteit al snel een glijdende schaal wordt. Met alle gevolgen dien.

Zodoende gaan we bij integriteit.nl mee met de uitspraak van minister Plasterk dat mensen best “een beetje integer” kunnen zijn. In onze filosofie kunnen dan ook alle mensen, ongeacht hoe integer zij zichzelf vinden of zijn, leren om steeds meer integer te worden. Daarbij is de grootste deugd niet om integer te zijn (wat door onze feilbaarheid niet haalbaar is) maar het streven om steeds ‘integerder’ te worden, om zodoende te reiken naar een integere overheid.

Veranderende arbeidsmarkt zorgt voor nieuwe integriteitsrisico’s

Veranderende arbeidsmarkt zorgt voor nieuwe integriteitsrisico’s 150 150 integriteit.nl

Flexibilisering op de arbeidsmarkt brengt nieuwe integriteitskwesties met zich mee. Zo stelt adviesbureau Andersson Elffers Felix (AEF) na een verkenning die werd gedaan in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken.

Flexibilisering arbeidsmarkt
Eén van de belangrijkste oorzaken voor nieuwe integriteitsrisico’s is volgens de experts van AEF de flexibilisering van de arbeidsmarkt zoals decentralisaties, tijdelijke contracten, externe inhuur enzovoorts. Door deze ontwikkeling werken ambtenaren steeds zelfstandiger en is de kans dat zij daarbij aan het toezicht van leidinggevenden ontsnappen, aanzienlijk groter. Bovendien is de binding met de organisatie en haar cultuur door deze flexibilisering vaak geringer, waardoor de kans op integriteitsschendingen toeneemt.

Wees alert
Plasterk drukt overheidsorganisaties op het hart alert te zijn op deze ontwikkeling op de arbeidsmarkt in relatie tot integriteitskwesties. Hij roept hen op tot het uitvoeren van een risicoanalyse toegespitst op de eigen specifieke context om zo de kans op integriteitsschendingen te verkleinen dan wel te voorkomen.